119v

komen vragende hoer hoe hi dat an haer verdient hadde. Si an=
twoordenMijn meninge is seer goetWant doe ic een ionge meit
was hadde ic enen swaren tyran bouen mi dye mi ende ons allen
seer plach te belasten also dat ic seer om sinen doot wenschede Ende
na dat die ghedodet was quam daer een ander die noch arger was
wes doot ic noch veel meer begeerden Mer nu en begheer ic [geen] ar
ger heer te hebben dan du bisteWant ic anxt hebbe waert dattu
oec gestoruen waers dat noch die alre quaetste in dijn stede sou=
de comen Hier om bid ic om dijn langhe leuen. Aldus wouden dye
ouden princen ende philosophen lieuer die waerheit seggen ende te ster
uen dan die waerheyt te swijgen leuendich te bliuenMen seyt oec van
den philosooph diogenes dat hi in allen dingen die waerheit beleet
daer oec valerius of scrijft dat doe hi syn koel wasschende was sei
de aristippus tot hem hadde gi o diogenes myt dionisio den tyran
willen flackeren du en soudeste dustani[n]ge snoode spijse niet
hebben duruen eten Daer diogenes op antwoorden ende seyde.
Gi segget waer want hadde gi dit willen eten het en hadde v geen
noot gedaen mit dionisio te flackeren . Diogenes hadde lieuer te
leuen van wermoes ende andere cruden ende die waerheit te seggen dan te
leuen van des conincs spise ende dan sellen moeten flackeren mitten conic
¶Van vijf lammers ende den wolf Dyalogus : C xix:
0190.8302 119v 1
Vijf ionge lammeren van horen ouders beroeft worden als wees=
kinderen van horen vrienden ende magen als van horen voechden gere
geert Des geboerdent op een tijt dat een wolf een van desen lammerkyns

komen en vroeg haar waar hij dat aan verdiend had. Zij antwoordde: “Mijn bedoelingen zijn zeer oprecht. Toen ik een jong meisje was had ik een wrede tiran boven mij die mij en ons allemaal veel ellende bezorgde. Dat was zo erg dat ik hem dood wenste. Nadat hij gedood was, kwam er een ander die nog erger was, zodat ik diens dood nog veel meer wenste. Maar nu wil ik geen slechtere tiran hebben dan jij bent. Want ik ben bang dat, als jij ook gestorven bent, de aller-slechtste tiran in jouw plaats komt. Daarom bid ik dat je lang zal leven.”
Aldus wilden de oude machthebbers en filosofen liever de waarheid vertellen en sterven dan de waarheid verzwijgen en in leven blijven.
Over de filosoof Diogenes zegt men dat hij in alles de waarheid sprak. Valerius schrijft dat, toen Diogenes zijn kool aan het schoonmaken was, Aristippus tegen hem zei: “Als jij, o Diogenes, de tiran Dionysius had willen vleien, dan zou je dit schamele voedsel niet mogen eten. Diogenes antwoordde: “Dat is waar. Als jij dit had willen eten, dan zou er geen noodzaak geweest zijn Dionysius naar de mond te praten.” Diogenes leefde liever van groenten en kruiden. Hij sprak liever de waarheid dan van koninklijke maaltijden te leven en dan de koning te moeten vleien.
De 119e dialoog. Over de vijf lammetjes en de wolf
0190.8302 119v 1
Vijf lammetjes waren van hun ouders beroofd. Zij werden als weeskinderen door hun vrienden, familieleden en door hun voogden verzorgd. Op een keer gebeurde het dat een wolf een van deze lammetjes