74r

tuer is welck ondertijden soe sterck is als dat een mensch ghe
woen is wakende te doen dat hij oeck dat doet al slapende :
Ende dat hy ghewent is siende te doen dat hi oec dat doet mit
ghesloten oghen Aldus seytmen van enen meester van medici
nen diemen schuldich was dertien pont tot drien iaren te be=
talen . Dese als hy lach op sijn vterste des leuens ende hy ver=
maent wort sijn biecht te spreken ende dat heylighe waerdi=
ghe sacrament te ontfanghen en kondemen anders nyet van
hem crijghen dan dertien pont tot drie iaren Ende dat altoes
sprekende gaf hy den gheest om die ghewoent : Des ghelijck
doen oeck somwijlen die quade rechters. ende die valsche ad=
uocaten dwasselick in horen officien dat si oeck als si steruen
sellen ghene wijsheyt ghebruken en konnen die dan van gro=
ten node is: Als men van een scrijft diemen presenteerden dat
waerdighe heylighe sacrament int vterste sijns leuens dat hy
seyde . Laet eerst vonnisse gheuen oft recht is dat ick ontfan=
ghen soude.Waer om si seyden die daer by waren . Wij oor=
delen dattet recht ende goet is Welken hy antwoorden Dat
en ist recht oordel niet Want ghi en hebt die macht niet iustici
te doen noch oeck rechtuaerdich vonnisse te gheuenEen ander
wasser oec die doe hi vermaent wort in sijn vterste dat waer=
dighe heylighe sacrament te ontfanghen dat hijt begheerden
te vertrecken ende noch te vertoeuen Ende doe hem sijn vrien
den gheen vertreck gheuen en wouden want si saghen dattie
doot niet verde van hem was .Om dat hy ouermits die ghe=
woente der appellacien dye hy ghehantiert hadde in sinen le=
uen Antwoorden Jck appelleer van last ende ghewelt die ghi
mi an doet ende sterf daer mede

¶ Van dat duuckergen ¶Dyalogus vier ende tseuentich

die van tijd tot tijd zo sterk is dat een mens slapend kan doen wat hij gewoonlijk doet als hij wakker is. Wat hij gewend is ziende te doen, kan hij ook met zijn ogen dicht doen.
Er was een arts aan wie iemand dertien pond schuldig was, die hij in drie jaar moest aflossen. Toen de arts op zijn sterfbed lag en hij aangespoord werd om te biechten en het laatste heilig sacrament te ontvangen, kon men niets anders uit hem krijgen dan: “Dertien pond, binnen drie jaar aflossen.” Terwijl hij dit uit gewoonte bleef zeggen, gaf hij de geest.
Er zijn ook kwade rechters en valse advocaten die zich onbehoorlijk gedragen bij het uitoefenen van hun ambt. Ook als zij sterven gebruiken zij hun wijsheid niet, terwijl die dan juist hard nodig is.
Het verhaal gaat dat een rechter, die aan het eind van zijn leven het laatste heilig sacrament aangeboden kreeg, zei: “Laat eerst een oordeel vellen of het gerechtvaardigd is dat ik het laatste heilig sacrament ontvang.” Degenen die bij hem waren zeiden: “Wij vinden dat het rechtvaardig en goed is.” Waarop hij antwoordde: “Dat is geen juist oordeel want u hebt de macht niet om recht te spreken noch om een rechtvaardig oordeel te geven.”
Een ander die op sterven lag en aangespoord werd het laatste heilig sacrament te ontvangen, zei dat hij wilde vertrekken en nog wat wilde wachten. Zijn vrienden wilden niet dat hij zou vertrekken want zij zagen dat de dood nabij was. Omdat hij tijdens zijn leven gewend was in hoger beroep te gaan, antwoordde hij: “Ik ga in beroep vanwege de last en het geweld die jullie mij aandoen.”
Met deze woorden stierf hij.

De 74e dialoog. Over het duikertje