68v

hem tot sijn nest om dat hy die eten soude myt sinen ionghen
Ende doe die vosse quam ende sijn ionghen niet en vandt liep hy
al omme int velt al luide roepende ende hoorden ten lesten sijn
ionghen roepen in dat neest des aerns Die vosse bat den aern
oetmoedeliken dat hy hem sine ionghen weder gheuen soude
Mer die aern en woude die vosse gheens sijns horen. Hier om
wort die vosse toornich ende vergaderde veel droegher wijn=
rancken ende leyde dye ront om den boem ende brocht mit ho
ren monde een bernende fackel ende dode die ionghen des aerns
ende versmoerdense van groten roock . Doe dit die aern sach
quam hi beneden ende veroetmoedichden hem seluen kiesende
van twee quaden dat minste ende gaf den vos sijn ionghen we
der wt bedwanck . Hier in wort die mensche gheleert al is hy
oeck meerre dat hy altoes den minre onder hem ontsien sal te
misdoen ende altoes kiesen van twee grote quaden dat mins=
te. Daer om seyt die meester Daer en si nyemant die arbeyden
sal sinen minder hinder te doen want wel die mynre den mees
ten hinderlick mach sijn.

Van die voghel pigaerdus ende alietus:¶ Dyalogus lxviij:

0190.8302 068v 1
PJgaerdus is een cleyn voghelEnde wort ghetelt int
oude testament onder die voghelen die dat volck [int]

naar zijn nest om ze met zijn jongen op te eten.
Toen de vos terug kwam en hij zijn jongen niet vond, liep hij luid roepend door het veld. Ten slotte hoorde hij hun geroep vanuit het arendsnest. De vos smeekte de arend nederig zijn jongen terug te geven maar de arend deed of hij het niet hoorde. Daarover werd de vos ziedend. Hij verzamelde veel droge wijnranken en hij schikte die rond de stam van de boom. Met een brandende fakkel in zijn bek stak hij ze aan. De jonge arenden stikten door de vele rook.
Toen de arend dat zag, vloog hij omlaag en bood hij zijn excuses aan. Hij koos de minste van twee kwaden: hij moest de vos zijn jongen wel teruggeven.
De mens leert hiervan dat, al is hij de meerdere, hij toch altijd respect moet hebben voor de mensen onder hem door ze geen kwaad te doen. Van twee kwaden moet je altijd het minste kiezen. De meester zegt daarom: “Niemand moet zijn minderen dwarszitten, want op hun beurt kunnen zij je wel eens het meest hinderen.”

De 68e dialoog. Over de duif en de valk

0190.8302 068v 1
De duif is een kleine vogel. In het Oude Testament wordt hij gerekend tot de vogels die door het volk