48r

de nemen exempel van een anders qualiken gaen. Als chatho
scrijft Dat quaet dijns ghebure sal di castijenEnde seneca Het
is goet datmen merckt in eens anders quaet watmen scuwen
sal Jtem wt eens anders misual sal die wise sijn ghebreck be=
teren Dye is wijs dye sijn dinghen wel bescicken kan ende by
andere luden exempel hem wachten kan vant quaet Jn die fa
bulen vinden wy ghescreuen Dat een leeu op een tijt veynsden
hem sieck te wesen ende ghinck legghen als sieck in sijn hol .
Daer andere beesten toe quamen om hem te vanden ende wat
ter bi hem quam vinck hi ende atse . Ten lesten quam die vos
tot hem oeck om te vanden mer si bleef buten staen om dat hoor
gruwelde voor den leeu ende en dorste niet ingaen Die leeu dit
siende riepse toe ende seyde Coom tot mi mijn lieue suster dat
wij te samen mynlike spreken moghen Die vosse antwoorden
Jck sie voetstappen der gheenre die in ghegaen sijn mer niet der
gheenre die weder wt ghecomen sijn

Van die visch regina ende dat serpent ydrus ¶ Dyalogus xlv
0190.8302 048r 1
REgina is een visch myt veel scubben dyemen inden
lopende water vanghet . dye hoor seluen seer wel
regiert Tot hoor is ghecomen ydrus dat een serpent
is inden water leuende ende heeft veel hoefden en
de seyde O alre scoonste regina bouen allen bistu mi seer waert
Daer om wil ick mi mit di verenighen ende wittich hijlic mit

als wij het kwalijk handelen van een ander zien en er lering uit trekken. Zoals Cato schrijft: “Het kwaad van je buurman zal je op de proef stellen.” Seneca schreef: “Het is goed dat je door het kwaad van een ander beseft wat je moet mijden.” En: “Door de misstap van een ander zal de wijze zijn gebreken corrigeren.” Wijs is degene die alles goed kan regelen en het slechte voorbeeld van andere mensen gebruikt om zich voor het kwaad te hoeden.
In de fabels staat geschreven dat een leeuw op een keer deed alsof hij ziek was en daarom in zijn hol ging liggen. Er kwamen andere beesten naar toe om hem te bezoeken. Wie er bij hem kwam, ving hij en at hij op. Ten slotte kwam ook de vos om hem te bezoeken, maar zij bleef buiten staan omdat ze een afschuw had van de leeuw en niet naar binnen durfde te gaan. De leeuw zag dit, riep haar en zei: “Kom toch bij me, lieve zuster, opdat we als vrienden met elkaar kunnen spreken.”
De vos antwoordde: “Ik zie voetstappen van degenen die naar binnen zijn gegaan maar niet van degenen die weer naar buiten gekomen zijn.”

De 45e dialoog. Over Regina de vis en Ydrus het serpent
0190.8302 048r 1
Regina is een vis met veel schubben, die men in het stromende water vangt en die zichzelf heel goed weet te beheersen.
Ydrus, een serpent met veel hoofden, die in het water leeft, kwam naar haar toe en zei: “O allermooiste Regina, je bent heel waardevol voor mij, boven alle anderen. Daarom wil ik mij met jou verenigen en een wettig huwelijk met