9v

dede penitencie ende badt god den heer voer dye sonden sijnre
groter houerdien Alsoe dat van groten screyen sijn oghen ghe
worden waren als vleysch . Ende alle dye menschen quamen
tot hem om dat wonder in hem te sien Ende doe die seuen maen
den volbrocht waren . quam hy al heel weder tot hem seluen .
Mer nochtant en regierde hi doe noch sijn rijck niet Mer daer
worden gheordineert seuen rechters die dat coninckrijck voer
hem regierden Ende hi dede penitencie tot dat die seuen iaren
volbrocht waren Jn welken seuen iaren sijnre penitencien hy
gheen broot noch vleysch en at ende dranck oeck geen wijn.

¶ Van die leytsterre ¶ Dat derde dyalogus :

0190.8302 009v 1
DJe sterre dye dye ley ghehieten is staet midden inden
firmament Ende si en keert niet ten onderghanck als
die andere doen : Mer sittende int middel des hemels
regiert si die andere sterren Ende si is die gheen daer hem die
scipluyden inder zee toekeren ende in sien Tot hoer quamen alle
die ander sterren gesamender hant ende seyden Selstu altoes sitten ende
rusten ende wi moeten altoes den hemel om lopen ende alsoe arbeyden
ende di stadeliken dienen Dat en sal niet sijn Mer wijket van dijnre

deed boete. Hij bad tot God de Heer vanwege de zonde van zijn grote hoogmoed. Ook waren zijn ogen door het vele huilen opgezwollen. Alle mensen kwamen naar hem toe om dat wonder te zien. Toen de zeven maanden volbracht waren, kwam hij weer geheel tot zichzelf.
Toch regeerde hij zijn rijk nog niet. Er werden zeven rechters aangesteld die het koninkrijk voor hem regeerden. Hij deed boete totdat de zeven jaren volbracht waren. In die zeven jaren van boetedoening at hij geen brood en vlees en dronk hij ook geen wijn.

De derde dialoog. Over de Poolster

0190.8302 009v 1
De ster die Poolster heet staat in het midden van het firmament. Zij gaat niet onder zoals de andere doen, maar gelegen in het midden van de hemel regeert zij de andere sterren. En zij is de ster waar schippers zich op zee naar richten.
Alle andere sterren kwamen gezamenlijk naar haar toe en zeiden: “Zelf zit je en rust je altijd en wij moeten aldoor de hemel doorlopen, altijd werken en jou voortdurend dienen. Dat zal niet meer gebeuren. Verlaat je